δ13C is een isotopische signatuur, een maat voor de verhouding van de twee stabiele isotopen van koolstof 13C en 12C. Een atoom heeft altijd een bepaald aantal protonen die het atoomnummer bepaalt van het element. Het aantal neutronen daarentegen kan variëren. Een isotoop is dus één variëteit van een element met een bepaald aantal neutronen. Er zijn verschillende methoden om het koolstof te isoleren. Eén van de methoden werkt als volgt: watermonsters in septum-afdichting flesjes worden aangezuurd. Daarna gaat het monster de massaspectrometer in en wordt het resultaat afgelezen. Vanwege de verschillen in opname in planten en mariene carbonaten van 13C, is het mogelijk om deze isotopische handtekeningen te gebruiken. De verhouding van koolstof-13- en koolstof-12-isotopen verschilt in de atmosfeer en oceaan. Ook binnen de oceaan zijn verschillen op basis van bijvoorbeeld sedimentatie en partiële druk die groter is aan het oppervlak van koud water rond de poolcirkel. In de archeologie wordt deze methode bijvoorbeeld gebruikt in landschapsonderzoek om met het δ13C gehalte van sediment een uitspraak te kunnen doen over plaatselijke begroeiing. Omdat planten meer 12C opnemen dan 13C betekent een toename van 13C een toename in het de hoeveelheid lokale vegetatie.