Pb-isotopenonderzoek

Pb verwijst naar het element lood (plumbum). Pb-isotopenonderzoek volgt eenzelfde methode als het meer bekende Sr-isotopenonderzoek en wordt ingezet om de ratio tussen isotopen, van elkaar te onderscheiden. Een atoom heeft altijd een bepaald aantal protonen die het atoomnummer bepaalt van het element. Het aantal neutronen daarentegen kan variëren. Een isotoop is dus één variëteit van een element met een bepaald aantal neutronen. In het geval van lood zijn dat 204Pb, 206Pb, 207Pb, en 208Pb. Met deze ratio’s kan de herkomst van een monster worden bepaald. Het isotopenonderzoek wordt uitgevoerd door de stoffen van een monster van elkaar te scheiden en vervolgens uit te laten lezen in een massaspectrometer. Lood is een veelvoorkomend sporenbestanddeel dat in alle gesteenten wordt aangetroffen. Het komt voor als het radiogene dochterproduct van U- en Th-verval, maar het vormt ook zijn eigen mineralen waar geen radiogeen Pb wordt aangetroffen. Als gevolg hiervan variëren de isotopische verhoudingen sterk, afhankelijk van onder meer de leeftijd en de verhouding van U en Th. Isotopenonderzoek voor lood wordt in de archeologie daarom alleen op metaalvondsten uitgevoerd, In de archeologie kan bijvoorbeeld de oorsprong van het lood worden achterhaald en daardoor inzicht geven in bijvoorbeeld handelsstromen en netwerken. Ook kan de isotopenverhoudingen voor Pb in bot en tandglazuur informatie verschaffen over de herkomst en leefomgeving waarin een individu woonde.

Sluiten

Verbeter de digitale toegankelijkheid door kleuren donkerder te maken, het kleurcontrast te verzachten, de regel en letterafstand te vergroten.